Zowel in het noorden als in het zuiden zul je niet teleurgesteld worden! Als je voor een van de twee delen van het eiland kiest, zul je nog maar één ding willen: terugkomen om het andere deel te verkennen!
Een van de voordelen van Corsica is dat het slechts 180 km lang bij 82 km breed is. Als je niet bang bent om wat te rijden, kun je het eiland dan ook makkelijk doorkruisen. Maar vergeet niet dat de wegen nogal … bergachtig zijn.
Het noorden van Corsica of Haute-Corse is het meest ongerepte, authentieke gedeelte. Deze glooiende streek wordt ook wel de tuin van Corsica genoemd en strekt zich uit tussen de bergen en de kust. De natuurlijke landschappen zijn somptueus, met zee en bossen, bergen en meren, waaronder de beroemde Désert des Agriates en het legendarische douanepad van de Cap Corse.
Het zuiden is het meest bekende deel, hier kijk je je ogen uit naar de paradijselijke stranden met zuiver wit zand aan een kristalheldere, turquoise zee. Alleen de namen doen je al dromen als je ze uitspreekt: het strand van Palombaggia, van Santa Giulia en van Roccapina. De minerale kliffen van Bonifacio die uitkijken over de azuurblauwe Middellandse Zee zijn het beste uitgangspunt om de Lavezzi-archipel of de zeegrotten langs de kust te ontdekken.
Liefhebbers van wandelen of gewoon de bergen gaan het binnenland in naar de beroemde GR20, dat de naam heeft het meest prikkende wandelpad van Europa te zijn!